Er bestaan heel veel verschillende ideeën over schrijven en het schrijverschap, ideeën die, althans in de ogen van de schrijver, lang niet altijd kloppen. Volgens sommige mensen moet je echt geboren worden met schrijftalent, terwijl je het, mits je het echt wilt, ook gewoon kunt leren. Schrijven wordt ook vaak beschouwd als iets simpels, want als je de juiste technieken kent, veel leest en weet hoe je woorden en zinnen kunt maken, is het een fluitje van een cent. Fout! Schrijven is soms een hels karwei, vergt bloed, zweet en tranen en is absoluut niet gemakkelijk. Er komt onwijs veel bij kijken en of je nou een schrijver bent die alleen maar een lumineus idee nodig heeft om van start te gaan of juist heel veel wil voorbereiden, iedereen schrijft op zijn eigen manier. Niet alle schrijvers zijn zich ervan bewust, maar ze gebruiken vrijwel altijd een bepaalde schrijfstrategie. Dat kan een hele eigen ontwikkelde strategie zijn, maar ook een wat bekendere. Sommige strategieën werken heel goed, andere wat minder goed – en daar wil ik graag iets over zeggen. Schrijven op de verkeerde manier kan namelijk een grote, heel erg demotiverende valkuil zijn.
Allereerst: welke strategie je ook toepast, er is één ding altijd heel erg belangrijk en dat is dat je het schrijven te allen tijde serieus neemt. Dit houdt ook in dat je je niet vasthoudt aan de gedachte dat schrijven simpel is, maar dat je juist bereid bent je er met hart en ziel in te storten en er heel, héél hard voor te werken. Klinkt misschien cru, maar je moet het echt serieus nemen om er goed in te zijn. Schrijven als hobby is prima, maar dan wel als een serieuze hobby.
Als we het hebben over schrijfstrategieën, kan het voor iedereen anders zijn wat wel en niet werkt. Houd je dus vooral niet teveel vast aan onderstaande punten: als jij op een andere manier schrijft en dat werkt, dan is dat ook gewoon goed. Of als je schrijft op een manier die wordt gezien als een slechte strategie en jij kunt er juist de vruchten van plukken, helemaal prima. Het gaat erom dat je wat inspiratie op kunt doen, hoop ik tenminste *hihi*
Laten we beginnen met het goede nieuws!
4 sterke strategieën
Brainstormen en voorbereiden
Stel, je hebt een geweldig idee. Top! Maar… met dat idee moet je iets gaan doen. Je kunt natuurlijk gewoon gaan schrijven en dan gaandeweg meer informatie verzamelen, maar de kans bestaat dat je dan vastloopt. Het werkt in mijn ervaring heel goed om, voordat je echt begint te schrijven, wat dingen uit te werken. Begin bijvoorbeeld eens met een brainstormsessie: noteer alles wat er in je opkomt bij dat ene geniale idee of onderwerp. Voor mij werkt het ook altijd heel goed om meteen andere dingen voor te bereiden: personages uitwerken, plotlijnen ontwikkelen, een einde vaststellen, research doen enzovoorts.
Automatisch/vrij schrijven
Dit is echt een love it or hate it-gevalletje, voor mij werkt het absoluut niet maar voor sommigen juist weer wel. Het principe is als volgt: je geeft jezelf een tijdframe, bijvoorbeeld tien minuten, en in die tijd schrijf je non-stop alleen maar wat er in je gedachten komt. Wel echt schrijven, dus in de vorm van een tekst – niet alleen maar steekwoorden. Niet nadenken over wat je schrijft en ook niet over de opmaak, gewoon schrijven. Het idee hierachter is dat je dan ook de ideeën opdiept waar je misschien niet meteen over na hebt gedacht en dat je een goed beeld krijgt van welke kanten je allemaal op kunt.
Notities gebruiken
Ik raad het alle schrijvers zo ontzettend aan: maak notities! Als je een idee krijgt, schrijf het dan meteen op: je hoeft er niet meteen iets mee te doen, maar zorg dat je het niet vergeet. Sommige ideeën blijven namelijk uit zichzelf wel hangen, maar anderen verdwijnen als sneeuw voor de zon als je even niet oplet. Noteer, en zorg ook dat je het overzichtelijk ergens hebt staan zodat je het kunt gebruiken. Vanuit notities werken gaat namelijk vaak heel goed, het ontketent ook weer andere ideeën en mogelijkheden.
Sneuvelversies schrijven
Dit is iets waar ik zelf geen ervaring mee heb, maar wat misschien best goed zou kunnen werken. Het gaat erom dat je accepteert dat je eerste versie je eerste versie is: het hoeft niet perfect te zijn. Je mag gewoon nadenken over wat je schrijft en je mag schrappen, maar het hoeft niet helemaal geweldig te zijn omdat je er rekening mee houdt dat elementen van deze versie, of misschien wel alles, straks plaats moeten maken voor verbetering. Misschien denk je van ja, maar ik wil juist wel dat het zo goed mogelijk is. Het punt hiervan is dat je gewend raakt aan het schrijven en aan je onderwerp en de kanten die je ermee uit kunt, zodat je ook ziet wat wel en niet goed gaat en waar je aan moet werken bij de eindversie.
3 zwakke(re) strategieën
Trial and error
Zoals ik net al zei, soms kan het heel goed werken om gewoon te gaan schrijven vanuit één idee of onderwerp. Maar als je een beginnende schrijver bent, heb je kans dat dit proces van trial and error mislukt. Het houdt in dat je gewoon maar gaat schrijven en onderwijl experimenteert met technieken, met het idee dat je vanzelf wel ontdekt wat je stijl is en waar je minder goed in bent. Het kan wel zo zijn dat dit werkt, maar ik zeg je dit: je moet een flinke portie zelfvertrouwen en doorzettingsvermogen hebben. Die error gaat namelijk komen, en ook wel meer dan eentje. Het maakt je onzeker als het vaak fout gaat en het kost ook nog eens veel tijd.
Streven naar perfectie
Eén van de grootste fouten die je kunt maken: je eerste versie perfect willen hebben. Hoe belangrijk deze eerste versie is, realiseerde ik me pas onlangs. Het is gewoonweg onmogelijk om je eerste versie meteen helemaal goed te hebben, veel schrijvers zijn pas bij de vijfde of zesde versie echt tevreden. De eerste versie is alleen nog maar een probeersel, een ruwe versie: natuurlijk wil je het goed hebben en natuurlijk werk je hard, maar als je gaat herlezen en herschrijven kom je hoe dan ook dingen tegen die niet werken en die je weg wilt hebben. Streven naar een perfecte versie is enorm uitputtend, gaat heel erg traag en het werkt gewoon niet, want je moet de tekst als geheel kunnen lezen om te zien waar de haken en ogen zitten.
Wachten op inspiratie
Nog zo’n vervelende valkuil waar ik, in de jaren dat ik nog niet zo serieus schreef, heel vaak in ben getrapt. Er zijn zoveel mensen die denken dat inspiratie de sleutel is, dat die je op een dag komt aanwaaien en dat je dan precies weet wat je moet doen. Niets is minder waar: je kunt wachten tot je een ons weegt, maar die inspiratie komt niet uit zichzelf. Je moet gewoon gaan schrijven, dan krijg je ideeën. Je moet erover nadenken, dan krijg je ideeën. Het komt nooit uit zichzelf. Sorry, mensen.
Denk nu vooral niet dat je als een haas een schrijfstrategie moet gaan kiezen, dat werkt namelijk niet. Je gebruikt zo’n strategie namelijk soms bewust, maar veel vaker onbewust en zo hoort het ook: je moet schrijven op de manier die voor jou goed voelt, en die manier is jouw persoonlijke strategie. Ik ben wel benieuwd naar jullie maniertjes en trucjes en strategietjes!