We zijn al dertien weken lang bezig met tips om op verschillende manieren beter te leren schrijven, maar ook als je niet actief aan het typen of krabbelen bent, moet je als schrijver steeds met het schrijven en met het verhaal bezig zijn. Of het nu gaat om het voorbereiden van een verhaal of juist afstand nemen nadat je verhaal compleet is, óf juist wat je moet doen als je niet in de gelegenheid bent om te schrijven, maar dat wel heel graag wilt. Met andere woorden… wat moet je doen vóór, ná en tussen het schrijven? Lees verder om daar achter te komen!
Veel mensen denken dat een goed verhaal geboren wordt zonder poespas, gewoon in een notitieboekje of een Word-bestand. Maar niets is minder waar: de meest geniale ideeën voor twisten en onverwachte toevoegingen ontstaan nog vóór er een letter op papier is gezet, of juist nadat de laatste punt al is geplaatst – en heel vaak ook als de schrijver staat te zingen in de douche of met de hond aan het frisbeeën is. Arme hond moet dan ineens naar huis zonder dat het speeluurtje al afgelopen is, want ja… schrijfdrang betekent schrijven. Maar waar het om gaat is dat dit de kleine, geniepige momenten zijn waarin de beste verhaalelementen ontstaan. En daarom is het zo belangrijk dat je dat weet, want als je te allen tijde openstaat voor inspiratie, vernieuwende ideeën of andere wendingen, dan is je kans op een plek op die felbegeerde bestsellerlijst aanzienlijk groter.
Vóór het schrijven
Er zijn verschillende typen schrijvers: je hebt de auteur die gewoon meteen down to business gaat en begint te schrijven zodra er een idee in hem opkomt, zonder iets uit te werken of er verder over na te denken: bij hem komt de inspiratie gaandeweg wel op gang. Je hebt ook schrijvers, zoals ikzelf, die echt niet lukraak kunnen beginnen maar juist een goede basis moeten hebben: die gaan eerst helemaal plannen en tot in de details uitkienen welke kant het verhaal op moet gaan en hoe de personages in elkaar zitten. Ik ben van mening dat het niet uitmaakt bij welk type je hoort: elke schrijver kan op zijn eigen manier succes krijgen, maar ik denk wel dat een combinatie van beide stijlen het beste werkt, en daarom is er een aantal tips dat je sowieso in acht zou moeten nemen vóór je begint met schrijven.
- Maak een schrijfplan: Of je nou een schrijver bent die graag de dingen uitwerkt of niet, een schrijfplan is altijd nuttig. Er is geen vast format voor, je kunt het naar eigen invulling vormgeven. Als ik een idee krijg voor een nieuw verhaal dat ik graag wil uitwerken, zorg ik allereerst voor een goed schrijfplan waarop ik terug kan vallen. Daarin staat in ieder geval de voorlopige titel van het verhaal, een korte samenvatting (à la flaptekst), een synopsis (of in ieder geval de dingen waarvan ik nu weet dat ik ze wil laten gebeuren) en wat informatie over tijd, plaats en personages.
- Zorg voor een goed uitgewerkte hoofdpersoon: Ik doe dit eigenlijk nooit en ik kom mezelf steeds weer tegen, wat bewijst dat ik het wel moet doen. Je personages door en door kennen is sowieso een must voor schrijvers, maar je hoofdpersoon kennen zoals je jezelf kent is gewoon cruciaal, anders komt hij of zij echt niet tot leven en is je verhaal gedoemd te mislukken – hard, maar waar. Het verschilt van schrijver tot schrijver hoe de personages uitgewerkt worden en dat kun je natuurlijk helemaal zelf bepalen, maar hoe je het ook doet – zorg dat je je personage zo goed mogelijk kent. Natuurlijk hoef je niet alles te weten, want een personage kan je net zo goed doen verrassen als iemand die je echt kent, maar in ieder geval de belangrijkste karaktereigenschappen en voorgeschiedenis.
- Controleer beschikbaarheid: Klinkt als zo’n zinnetje dat je ziet als je ergens een account aanmaakt en het systeem moet laten checken of de gebruikersnaam niet al bezet is, toch? Nou, zoiets moet je met je verhaal ook doen. De titel is niet zo’n probleem, dat kun je altijd weer veranderen, maar je doet er wel verstandig aan om een beetje op internet rond te snuffelen om te zien of jouw lumineuze idee niet al door iemand anders is uitgewerkt. Als dat zo is, kun je een aantal dingen doen: gewoon lekker schrijven en het voor jezelf houden, je idee compleet omgooien of het erbij laten zitten en een nieuw idee zoeken.
- Wat wil je? Ik vind het altijd fijn om vóór het schrijven te bepalen wat ik precies met het verhaal wil. Schrijf ik het alleen voor mezelf, om uiting te geven aan mijn schrijfpassie, of wil ik ermee naar een uitgever stappen? Misschien weet je het antwoord op die vraag nog niet meteen als je begint, maar je zult merken dat je toch anders schrijft als het alleen voor jezelf is dan als je het voor een doelgroep schrijft.
Tussen het schrijven
Het is jammer, maar wel waar: hoe graag we het ook willen, non-stop de hele dag schrijven kan over het algemeen niet. Zeker niet als je jong bent en ook nog een studie, werk, uitgaansleven en familie hebt: af en toe moet je toch echt die computer uitzetten of die pen wegleggen en iets anders gaan doen. Dat betekent echter niet dat je tussen het schrijven door niet met je verhaal bezig kunt zijn, juist niet!
- Notitieboekjes: Het is de gouden regel: als schrijver moet je gewoon altijd een notitieboekje bij je hebben, of in ieder geval iets waarop je kunt typen of schrijven. Spontane ideeën glippen namelijk veel te snel door de schachten van je hersenen heen en je moet ze te allen tijde kunnen vastleggen!
- Schrijven in je hoofd: Het zijn die hele kleine momentjes waarop je prima kunt nadenken over je verhaal en in je hoofd verder kunt schrijven. Voor je gaat slapen bijvoorbeeld, helpt ook nog eens als om snel naar dromenland te vertrekken. Maar ook tijdens het tandenpoetsen, onder de douche, op de wc, tijdens het sporten of koken, onderweg ergens naartoe… als je even niets om handen hebt, ga dan in je hoofd schrijven! Ook hier weer handig om wel iets van schrijfmateriaal bij je te hebben voor notities, anders vergeet je dingen en dat is me toch zonde…
Ná het schrijven
Stel… je verhaal is klaar. Helemaal klaar, basta, einde. Punt. Letterlijk: je hebt net de laatste punt getypt of geschreven en alles is nu verteld. Je personages hebben hun zegje gedaan, het lot is klaar met spelen. Je voelt je leeg, een beetje van streek misschien doordat er nu ineens niets meer te zeggen valt. Wat doe je nu? Hoe ga je verder?
- Verwerken: Het is helemaal niet erg als je een beetje depri raakt na het plaatsen van die laatste punt. Net als met een goed boek kan het voelen alsof je echt iets verliest, bijvoorbeeld een hele trouwe vriend of een stukje waarde van je leven. Dat kost tijd: laat dat gevoel gewoon een paar dagen lekker bezinken zonder je er druk over te maken.
- Afstand: Het is nu heel belangrijk dat je afstand neemt van je verhaal, zeker als je van plan bent ermee naar een uitgever te gaan. Afstand neem je door het een tijdje te laten liggen en er minstens een paar dagen – het liefst een paar weken – geen aandacht aan te besteden, er zo min mogelijk over na te denken en er in ieder geval niets aan te veranderen. Op die manier wordt de plek die het verhaal inneemt in je leven kleiner, vergeet je het en wordt het minder belangrijk voor je.
- Herlezen: Als je eenmaal die afstand hebt gecreëerd, kun je het gaan herlezen. Je doet dat dan niet uit het perspectief van de schrijver, maar juist uit dat van de lezer: doordat je er een tijdje geen aandacht aan hebt besteed, heb je er ook geen band meer mee en nu kun je echt goed kritisch zijn en zien waar de sterke en zwakke punten zitten.
- Iets anders: In die periode van afstand creëren en ook tijdens het herlezen is het belangrijk dat je niet schrijft aan dat verhaal. Begin met iets anders of schrijf een tijdje helemaal niet, gewoon om dat gevoel kwijt te raken. Ga wandelen, probeer een nieuwe hobby uit of pak een oude hobby weer op, als je je gedachten maar kunt verzetten.
Ik weet eigenlijk niet waarom ik deze serie lees, want ik schrijf helemaal geen verhalen. Maar het is dus blijkbaar toch interessant voor mij en ik vind dit stuk heel erg goed geschreven.