Hoe het precies is begonnen weet ik niet meer, maar toen ik een jaar of vijftien was, schreef ik mijn sectorwerkstuk over orgaandonatie en –transplantatie. Waarschijnlijk had het iets te maken met de vele transplantatieafleveringen van Grey’s Anatomy die aan me voorbij waren gegaan en die ik altijd prachtig vond: iemand geeft in feite (een stukje van) zijn leven om het leven van een ander te redden. Ik ging toen onderzoek doen naar het hoe en wat en kwam erachter dat je je vanaf je zestiende zelfstandig mag registreren als orgaandonor, zonder dat je ouders dan nog de doorslaggevende stem moeten geven. Niet veel later werd ik zestien en vulde ik het formulier op de website in: ze mochten alles van me hebben, behalve huid en hoornvliezen want dat vond ik een naar idee. Flashforward naar een paar jaar later en ook dat vinkte ik aan, want dat zijn juist de onderdelen die ze zo goed kunnen gebruiken. En tot op de dag van vandaag heb ik er geen spijt van gehad. Maar waarom?
Ergens in de puberteit kwam bij mij het besef dat mijn lichaam misschien weinig waard zou zijn, gezien alles wat er mis mee is door mijn chronische ziekte. Mijn gehele spijsverteringskanaal werkt niet goed, dus dat kunnen ze al afschrijven. Maar mijn hart, longen en ook mijn nieren zijn, voor zover ik weet, altijd in orde geweest en ook mijn huid en kraakbeen zijn volgens mij prima. Met andere woorden… eigenlijk is er nog genoeg bruikbaar materiaal over. Er hoeft maar één orgaan getransplanteerd te worden om iemands leven te redden, dat weet ik. En die rare darmen van mij, die lever en maag en al het andere dat niet goed werkt, dat mag het ziekenhuis hebben in de hoop dat ze erdoor kunnen ontdekken wat eraan mankeert. Als ze dat dan tenminste nog niet weten tegen de tijd dat ik dood ga.
Ik vind het gewoon een onwijs mooi idee: als ik overlijd, heb ik zelf niets meer aan mijn organen, helemaal niets. En ja, ik heb een hoop problemen en narigheid van mijn lichaam, maar er zijn ook dingen die wél goed werken en als ik daarmee kan zorgen dat iemand net zo van het leven kan genieten als ik heb gedaan en net zo gelukkig kan zijn… waarom dan niet? Waarom dan niet gewoon voor een laatste keer iets goeds doen? zo simpel is het voor mij.
Natuurlijk is het naar om erover na te denken. In ziekenhuisseries zie je ook altijd hoeveel moeite de nabestaanden ermee hebben om afstand te doen van de organen, maar dat is juist deel van de reden dat ik me heb geregistreerd. Mocht ik komen te overlijden, dan hoeft niemand over mijn organen te beslissen want dat heb ik zelf al gedaan. Vanaf je twaalfde mag je je registreren, maar van je twaalfde tot je zestiende mogen je ouders je besluit nog tegenhouden als de nood aan de man komt: vanaf je zestiende mag je echt zelf beslissen en daarom heb ik mij toen geregistreerd. En dat viel me helemaal niet zwaar: het is namelijk niet zo dat ik daardoor ineens werd geconfronteerd met de dood. Ik denk dat het net zoiets is als dat je op een gegeven moment nadenkt over je testament en uitvaartverzekering, zelfs al ben je nog maar in de veertig of zo: gewoon iets dat je wilt regelen zonder dat het per se nu al relevant is. Voor mij geldt dat ook: ik wilde het gewoon vastleggen, niet omdat ik verwachtte dood te gaan maar omdat ik het een fijn idee vind dat het zo zal gaan.
Toch betekent registratie niet automatisch dat je organen ook daadwerkelijk gedoneerd kunnen worden. Het ligt heel erg aan een groot aantal factoren of die mogelijkheid er is, bijvoorbeeld de omstandigheden waaronder je overlijdt. Een hoog percentage van alle donoren kan uiteindelijk toch niet doneren, en daarom – hier komt mijn reclamepraatje – is het zo belangrijk dat meer mensen zich registreren. Je kunt er iemands leven mee redden, iemands leven mee veranderen. Registreer je, en je hoeft er nooit meer over na te denken. Registreer je, en je ontlast daarmee je dierbaren. Registreer je, en je kunt levens redden. Het is gratis, het beïnvloedt jouw leven verder niet maar dat van een ander in hogere mate. En doe het nu, want het is nu de Week van de Donor – geen betere gelegenheid.
Ik ben orgaandonor, jij ook?
Ik ben ook al een aantal jaar orgaandonor. Ik vind het erg belangrijk dat iedereen een vrije keuze daarin heeft; reden te meer om het door te geven. Ik vind het ook prima als mensen geen donor willen zijn, maar dan is het wel prettig als mensen daarvan op de hoogte zijn.
Emmy onlangs geplaatst…Zom-B City (Zom-B #3) – Darren Shan
Vivian ik vind het goed, dat je ook al een hele tijd orgaandonor bent. Ik zelf ook al jaren, soms vind ik wel eens eng, maar dan denk ik, het is om andere mensen, te redden !! Xx Oma
Ik ben het niet… Ik vind het een mooi principe, maar ook wel een beetje eng (ook al ben ik er zelf dan niet meer)! Ik twijfel dus nog.
Ik vind het goed van je! Moet eerlijk zeggen dat ik er nooit zo over nagedacht heb en nu ik me dat bedenk, vind ik dat best een beetje egoïstisch van mezelf. Dat moet ik snel maar eens gaan doen, er maar eens goed met mensen over gaan hebben. Ik vind jouw inzicht in ieder geval erg mooi 🙂
Kirsten onlangs geplaatst…Happy Fall Printables!
Ja, ik vind dit ook heel goed. Ik schijn zelf geen donor te mogen zijn ivm mijn ziekte, dat vind ik wel lastig. Ik weet ook niet precies waar ze dat op baseren.
Emily Lotus onlangs geplaatst…Wat is ME?