De kans is groot dat je bij de lessen Nederlands of literatuur wel eens het begrip intertekstualiteit bent tegengekomen. Het klinkt dan echt als een heel stoffig en saai iets waarvan je niet denkt dat je het óóit zult kunnen aanwijzen in een boek dat je leest, maar als je erover nadenkt, is het eigenlijk best wel tof. Intertekstualiteit – oftewel: het verwijzen in een boek naar andere boeken, maar ook naar films, muziek, tv-programma’s en andersoortige fictiemedia – komt in bijna alle genres wel voor – dus ook in YA! – en het kan een verrassend leuke extra laag toevoegen aan het verhaal. Maar hoe werkt het en waarom is het zo’n interessant fictie-element?
Inter-wátte?
Het is eigenlijk heel simpel: in een boek wordt verwezen naar een ander boek. Of naar een film. Of naar een liedje, een televisieserie, een game, een tijdschrift… als het maar met tekst te maken heeft. In tekst A wordt dus verwezen naar tekst B, en daarmee stapt de auteur – en daardoor ook de lezer – eigenlijk even uit de verhaalwereld om te laten weten dat de echte wereld er ook nog is. Zo krijg je een dubbele lading: de echte wereld verweeft zich met de fictieve wereld en dat geeft het verhaal een extra realistisch element, maar het kan ook heel surrealistisch voelen en het is eigenlijk een soort mind trick.
Hoe het werkt
En het kan op allerlei manieren: er kan verwezen worden naar sprookjes, de Bijbel, naar geheel fictieve boeken of films, naar kaskrakerfilms of bestsellers… in tv-series wordt het ook vaak gedaan. Denk maar aan Marvel-series waarin crossovers plaatsvinden en aan Damon uit The Vampire Diaries die Twilight leest. Of Disneyfilms die worden genoemd in Full House. En in boeken zit het ook heel vaak: personages die Harry Potter lezen, die het hebben over favoriete boekpersonages, die in een bepaald fandom zitten of op school een boek bespreken… soms merk je het niet eens, maar soms heeft de auteur er wel echt een doel mee. En dát is het leukste!
Personages
Wat vooral zo leuk is aan intertekstualiteit, is dat het voor heel veel herkenning zorgt. Altijd als ik in een boek een verwijzing tegenkom naar een boek dat ik ook ken of een fandom waar ik ook in zit, gaat er even een ‘’yaaayyy!’’ door me heen, want dat is gewoon heel tof om over te lezen: het schept een extra sterke band met de personages omdat je ze kunt begrijpen en iets met ze gemeen hebt, bijvoorbeeld een fandom of een bepaalde mening over een boekpersonage. Daarnaast zorgt het er ook voor dat je de personages beter leert kennen: welke fictiemedia iemand leuk vindt, zegt vaak veel over zijn persoonlijkheid. Het maakt de karakters des te echter en levendiger als ze niet alleen in het hoofd van de auteur, maar ook op de bladzijden van het boek honderduit kunnen praten over hun lievelingsboek of -film.
Diepgang
Maar dat niet alleen: intertekstualiteit kan ook veel extra diepgang geven aan het verhaal. Wanneer er bijvoorbeeld wordt geciteerd uit de Bijbel, uit sprookjes of uit andere boeken, dan kan dat een heel nieuw licht werpen op bepaalde gebeurtenissen en ervoor zorgen dat je iets vanuit een compleet nieuwe hoek gaat bekijken. Dat gaat dan verder dan alleen een bepaalde interesse van een personage: als iemand een probleem heeft of als een maatschappij slecht functioneert en dat wordt geïllustreerd aan de hand van een citaat uit de literatuur of een songtekst, of als een relatie zich op een bepaalde manier ontwikkelt, dan krijg je door die tekst misschien wel hele nieuwe en bijzondere inzichten. Dat werkt voor mij ook altijd zo als ik aan het schrijven ben en inspiratie haal uit de soundtracknummers. En een verwijzing naar bepaalde boeken kan je zomaar ineens een plotwending doen begrijpen.
De plank mis
Maar dan kom je ook meteen uit bij het gevaar van intertekstualiteit: het kan namelijk ook de plank misslaan. Als een auteur een hele belangrijke verwijzing plaatst naar een boek dat jij als lezer niet kent of niet hebt gelezen… ja, dan schiet het zijn doel flink voorbij omdat je niets kunt bedenken bij een bepaalde boektitel. Hoe meer intertekstualiteit, hoe meer diepgang er kan worden toegevoegd – maar ook: hoe groter de kans dat je lezers kwijt zult raken die niet snappen wat je ermee wilt. Dat had ik bijvoorbeeld bij Donker Blauwe Woorden van Cath Crowley: daarin wordt naar zoveel voor mij onbekende boeken verwezen dat het heel vaak gewoon niet klikte, zo van ‘’oh ja dat klopt helemaal.’’ Dat is natuurlijk heel jammer, want dat geeft een ‘’club waar ik niet bij mag horen’’-gevoel. En om als auteur nou alles uit te leggen… dat is niet de bedoeling.
Verzonnen
Een hele sterke kant van intertekstualiteit vind ik het verwijzen naar verzonnen fictiemedia. Ook dat is namelijk intertekstualiteit, omdat er in een tekst wordt verwezen naar andere tekstbronnen. In plaats van een koppeling met de wereld van de lezer wordt daarmee de verhaalwereld uitgebouwd: bijvoorbeeld wanneer een fictief fandom een grote rol speelt of er wordt geciteerd uit manifesten of wetboeken van een bepaalde beweging. Dat zie je heel vaak in dystopische boeken en ik vind dat altijd een enorm krachtige extra laag toevoegen aan het verhaal, omdat je a) merkt dat de auteur er goed over heeft nagedacht en b) echt een ijzersterk beeld krijgt van hoe die verhaalwereld dan in elkaar zit. En ook dát is een vorm van mind tricks, omdat je daardoor misschien wel langzaam maar zeker wordt meegesleept in het hoofd van de auteur en de leefsfeer van het verhaal.
Fictiemagie
Intertekstualiteit is een hele krachtige manier om de magie van fictie te laten zien: door in een verhaal andere verhalen te bespreken en uit te lichten, wordt de verhaalwereld realistischer én herkenbaarder voor de lezer. Het hoeft niet altijd een heel diepgaand doel te hebben: soms is het gewoon heel leuk om grapjes te lezen over Harry Potter of samen met de hoofdpersoon mee te zwijmelen over bepaalde fictional crushes: want intertekstualiteit zorgt ervoor dat boekpersonages zich ook ontpoppen tot fervent liefhebbers van lezen, films kijken en series bingewatchen… en hé, eigenlijk zijn ze net als wij, die personages!
Wat vind jij van intertekstualiteit?
Een heel mooi voorbeeld waarbij dit aan de orde komt is Geachte mr. Knightley van Katherine Reay! Sowieso een van mijn favoriete boeken van dit jaar, maar ook een boek waar prachtige klassiekers zoals van Jane Austen mooi in terugkomen! Mooi en inhoudelijk stuk heb je geschreven! <3
Ooohh die staat op mijn verlanglijstje! Wil ik erg graag lezen, ben heel benieuwd hoe het in elkaar zit 🙂
Een heel mooi voorbeeld waarbij dit aan de orde komt is Geachte mr. Knightley van Katherine Reay! Sowieso een van mijn favoriete boeken van dit jaar, maar ook een boek waar prachtige klassiekers zoals van Jane Austen mooi in terugkomen! Mooi en inhoudelijk stuk heb je geschreven! <3
Ooohh die staat op mijn verlanglijstje! Wil ik erg graag lezen, ben heel benieuwd hoe het in elkaar zit 🙂