Ik heb me een tijdje vrij onzeker gevoeld over mijn onderwijsvisie: heb ik die überhaupt wel en klopt-ie dan wel, aangezien ik nog onervaren en ongediplomeerd ben? Maar het antwoord is juist: já, ik heb een onderwijsvisie van hier tot Tokio, want ik zou een boek kunnen schrijven over alles wat ik vind van het onderwijs en het schoolvak Nederlands. Die visie is dan wel een ruwe diamant, want natuurlijk weet ik nog lang niet alles wat er te weten valt. Maar die ideeën… die zijn er. En die mogen de wereld in, wat mij betreft. Want als ze mij als docent en mijn lessen inspireren, dan zijn ze vast wel iets waard. Waar die onderwijsvisie van mij dan precies over gaat? Nou, bijvoorbeeld het literatuuronderwijs. Want daar mankeert nog wel het een en ander aan.
Nieuw Elan, maar niet heus
Een paar weken terug was ik op de Dag van het Literatuuronderwijs, een symposium voor alles wat te maken heeft met het ‘’boekenonderdeel’’ van het vak Nederlands. Ik heb me daar prima vermaakt en veel geleerd, maar het heeft ook mijn ideeën flink versterkt. Want weet je wat het probleem is? Er wordt nu veel gepraat over Nieuw Elan, oftewel hervorming, in het literatuuronderwijs. Maar daar merken we weinig van. De ideeën zijn prachtig en de mogelijkheden voor uitvoering van die ideeën zijn werkelijk onbegrensd, maar uiteindelijk is er één probleem: het onderwijscurriculum is nog altijd wettelijk vastgelegd en zolang de basis van het literatuuronderwijs niet verandert… hebben andere hervormingen weinig nut. Je kunt de pijn verzachten, maar daar heb je uiteindelijk niets aan als je de ziekte niet geneest.
Verkeerde focus
Het probleem van het literatuuronderwijs zit ‘m in de focus. In de onderbouw wordt er nog wel gewerkt aan leesbevordering, maar in de bovenbouw begint het probleem: dan krijgen ze te maken met boekenlijsten en boekverslagen. Op zich niet zo heel erg, want er is niets mis mee om leerlingen bekend te laten worden met de befaamde literatuur en hen ook te leren wat die boeken dan zo literair maakt – vooral omdat je dan ook te maken krijgt met zaken als literatuurkritiek en de literaire opinie en daar wordt het nog veel interessanter. Maar het probleem is vooral dat het lezen verplicht wordt. Verplichte boeken en verplichte formats… die zijn gewoon funest voor het leesplezier. Want lezen terwijl je het boek stom vindt is sowieso stom. En nadenken over allerlei vragen terwijl je gewoon van het boek wilt genieten… nog veel stommer. Daar is lezen toch ook niet voor bedoeld?
Lang leve het lezen!
Ik denk dat de focus van het literatuuronderwijs verlegd zou moeten worden. Want waar streven we nu eigenlijk naar met die lessen? Volgens mij willen we leerlingen vooral aan het lezen krijgen en ze helpen om boeken te waarderen. Dat is toch een veel beter idee? Literatuur is iets geweldigs, iets waar we allemaal heel veel uit kunnen halen en waar we intens van kunnen genieten – maar niet als we boeken en diepteanalyses opgelepeld krijgen. Leesbevordering zou de focus moeten zijn. Met veel vrije keuze: vertaalde boeken zijn óók Nederlandse boeken, Young Adults zijn ook literair verantwoord… en weet je? Here’s the thing. Alleen boeken waar je enthousiast van wordt, kunnen je enthousiast maken voor het lezen zelf. En dat enthousiasme willen we bereiken, ja toch?
Persoonlijke verwerking
Het is natuurlijk ook gewoon zo dat je leerlingen er niet toe kunt dwingen om lezen leuk te gaan vinden: als het ze niet ligt, dan ligt het ze niet. Maar met leesbevordering als focus denk ik dat we in ieder geval moeten probéren om al onze leerlingen aan het lezen te krijgen, zodanig dat ze het in ieder geval een kans geven. Om dat te bereiken, moeten ze in aanraking kunnen komen met boeken die bij hen passen, nog zo’n reden om de vaste boekenlijst af te schaffen. Hoe je die boeken vervolgens gaat verwerken, heeft ook weer alles te maken met die persoonlijke leeservaring: er bestaat fantastische theorie over verschillende leesniveaus en mindmappiingtechnieken waarmee je leerlingen actief kunt laten nadenken over een boek of verhaal en over wat ze ervan vinden. Want als je het goed aanpakt, kan het echt leuk zijn om bezig te zijn met verhaaltechniek.
Poëzie en muziek
Nog iets waar literatuuronderwijs meer aandacht aan zou moeten besteden: literatuur is niet alleen maar boeken. Het gaat ook over korte verhalen, non-fictie, columns, poëzie én muziek. Ook gedichten en songteksten kunnen een impact hebben op leerlingen, hen raken, iets in gang zetten in hun mentaliteit. Daarom denk ik ook dat literatuur een apart vak zou moeten zijn, zodat er meer dan genoeg tijd is om de wondere wereld van het lezen te verkennen. Vrije keuze in boeken, de focus op het YA-genre, verdieping met literaire klassiekers, een ruim scala aan verwerkingsopties, bevordering en ontwikkeling van de leeservaring: dát is literatuuronderwijs. Het moet leerlingen geen literatuur voeren of opleggen, maar ze het leren waarderen, ervan leren genieten. En tja, misschien zijn het geen lezers. Maar het kan best zijn dat het dan nog lezers wórden, als ze volwassen zijn… en dan heb jij toch maar mooi dat leeszaadje geplant.
Wat vind jij van een apart schoolvak voor literatuur?
Ik heb op het VWO een apart vak over literatuur gehad en dat vond ik echt heel leuk.
Helemaal mee eens Vivian! Ik verslond boeken als klein meisje, maar eenmaal geconfronteerd met die lijsten was ik blij dat ik er al zoveel gelezen had, want ineens wilde ik geen boek meer openslaan die op die lijst stond, maar las ik natuurlijk wel alles wat de docente als geen-literatuur bestempelde.
Er moet een manier zijn om dit minder demotiverend te maken.
Anne onlangs geplaatst…Zo ziet moed er uit
Absoluut, het moet toch beter én didactisch verantwoord kunnen?
Beetje late reactie maar ik vind dit zo goed! Ik ben zelf een heel enthousiaste lezer, maar mijn enthousiasme is op het VWO echt de grond in geboord. Opdrachten waar we niks mee konden, klasgenoten die allemaal plagieerden en nooit echt het boek lazen, degenen die het wel lazen werden wel ontmoedigd door de manier waarop literatuurhistorie werd gebracht, een mondeling waar ik met moeite een 5,5 voor heb gekregen toen ik na de eerste vraag over Multatuli die ik niet kon beantwoorden een opmerking van de docent kreeg dat het echt niets zou worden als ik dát niet eens wist waardoor ik compleet blackoutte en veel meer last kreeg van faalangst… En aan mezelf begon te twijfelen, want hoe kon ik als enthousiaste lezer een cijfer halen dat amper voldoende was en zelfs lager dan dat van klasgenoten die alleen maar op Scholieren.com hadden gekeken… Toen deed ik in het eerste jaar van mijn studie een literatuurvak bij mijn studie en het was geweldig, met een betrokken en enthousiaste docent, nuttige discussies, en noem maar op. Zelfs het lezen van Shakespeare en Voltaire wat daar deel van uitmaakte en echt geen eenvoudige kost was voor mij (ook omdat mijn eerdere literatuuronderwijs niet zo veel voorstelde dus) kon ik waarderen omdat het vak zo anders werd gegeven!
Dat klinkt wel echt heel naar zeg, jeetje!