Onderwijs anno 2026

Op dit moment zit ik in het derde jaar van mijn studie, maar dat betekent niet dat ik komend studiejaar al ga afstuderen. Helemaal niet zelfs: volgend jaar wordt eerder een soort tussenjaar om vakken in te halen en wat extra ervaring op te doen op stage. Het jaar daarna ga ik pas het afstudeertraject in, dat waarschijnlijk in mijn geval ook weer twee jaar zal duren: in totaal wordt het waarschijnlijk een zesjarige studie – en dan kan alles natuurlijk nog meevallen, maar veel langer zal het in ieder geval niet zijn. Ik denk dat ik daarna nog een universitaire (pre-)master wil doen, dus voordat ik daadwerkelijk voor de klas sta, is er wel wat tijd verstreken. Hoe zie ik het eigenlijk voor me, straks als ik daadwerkelijk ga lesgeven? Hoe zie ik het onderwijs van de toekomst voor me, en hoe het schoolvak Nederlands?

Voor de klas over tien jaar

Als je ziet op welke manieren het onderwijs van nu aan het veranderen is, denk ik dat we op dit moment onmogelijk kunnen inschatten hoe wij, docenten zijnde, over tien jaar voor de klas staan. Ik geloof niet zo in het gebruik van robotica voor de klas, omdat een robot nooit het interpersoonlijk contact of de didactische vaardigheden aan de dag zou kunnen leggen die leerlingen nodig hebben. Wel denk ik dat het onderwijs anno 2026 veel meer om de leerling zal draaien en veel minder om de docent. Nu al vind ik het onwijs belangrijk dat leerlingen op hun eigen manier kunnen leren, dat ze zelf hun leerproces kunnen sturen en dat ze vooral kunnen leren op maat. Ik denk dat dat in de toekomst de norm gaat zijn in plaats van de hedendaagse uitzondering: dat we dan misschien wel een schoolsysteem a la de Verenigde Staten hebben waarin leerlingen in klassen worden ingedeeld op basis van hun niveau en keuze van vakken. Nu al begint het mogelijk te worden om bepaalde vakken op hoger niveau te doen: ik denk dat een maatwerkdiploma over tien jaar heel gewoon is en bij uitstek het symbool van leerlinggestuurd onderwijs. Ik denk dat de docent veel meer optreedt als begeleider en expert en dat leerlingen vooral zelf leren.

Het onderwijs over tien jaar

Daarnaast denk ik en hoop ik dat de scholen er anders uit zullen zien. Misschien zijn de niveaus wel helemaal verdwenen en gaat het puur om kennis en vaardigheden. Misschien wordt er voornamelijk geleerd via laptops en tablets omdat differentiatie daardoor zoveel makkelijker wordt. Misschien is er wel veel en veel meer aandacht voor persoonlijke ontwikkeling, ontplooiing, zelfbewustzijn en kwaliteit van leven, oftewel: misschien worden leerlingen echt begeleid bij het worden van de beste versie van zichzelf, precies zoals scholen en docenten zouden moeten doen. Misschien wordt er wel minder of helemaal niet meer gepest omdat er meer aandacht is voor persoonlijke uniciteit en verbondenheid. Misschien is inclusief onderwijs, waarin alle leerlingen – ook degenen met een ziekte of beperking, taalachterstand of ”gedragsprobleem” – samen naar school kunnen en allemaal op maat kunnen leren, maar toch samen, wel de standaardformule geworden. Misschien wordt er wel niet meer uit boeken geleerd, maar uit beroepscontexten. Misschien heeft het onderwijs zich wel ontplooid zoals ook de leerlingen moeten doen.

Het schoolvak Nederlands over tien jaar

Momenteel wordt er veel gediscussieerd over de hedendaagse waarde van het schoolvak Nederlands. Over het nut van grammaticale conventies en spellingregels, over het schrijven van teksten die je in je dagelijks leven zelden of nooit tegen zult komen, over het lezen van boeken zonder dat dat echt van waarde is voor je toekomst. Ik denk dat we er niet omheen kunnen dat het schoolvak Nederlands anno 2026 heel anders zal zijn en ik denk dat we daar ook helemaal niet rouwig om hoeven te zijn. Zelfs ik, als fan van correct gebruik van d’s en t’s en het aanleren van literatuurbesef en schrijfvaardigheid, begin te beseffen dat er andere dingen zijn die belangrijker moeten worden geacht. Het schoolvak Nederlands anno 2026 besteedt waarschijnlijk veel meer aandacht aan de informatievaardigheden die in onze huidige maatschappij zo belangrijk zijn: het lezen en analyseren van digitale teksten, het schrijven van teksten voor het web, het kritisch zoeken en beoordelen van informatie om te voorkomen dat we in de luren worden gelegd. Maar ook: studievaardigheden, want juist dingen als tijdmanagement, productiviteitstools, planning- en organisatievaardigheden, prioriteiten en taken bepalen, samenvattingen en analyses maken en kritisch denken zijn zo belangrijk bij het efficiënt en productief kunnen werken. Literatuur moet onderwezen worden als onderdeel van de algemene ontwikkeling, literatuurbesef moet onderwezen worden als iets waardevols voor de kwaliteit van leven. De Nederlandse spelling en grammatica is waarschijnlijk heel anders in 2026, maar dat wat belangrijk is bij het goed communiceren moet gewoon onderwezen worden. Zaken als schrijfvaardigheid en leesvaardigheid moeten niet draaien om het eindproduct – natuurlijk zal niet iedereen daadwerkelijk een betoog gaan schrijven – maar om het proces: wat leer je ervan dat je kunt gebruiken bij andere vaardigheden? Dat is het schoolvak Nederlands anno 2026: proces in plaats van product, ontwikkeling in plaats van beheersing.

Ik als docent over tien jaar

Ik denk dat ik er wel van uit mag gaan dat ik over 10 jaar – ik ben dan 31, wow – al een tijdje voor de klas sta. Ik hoop dat ik dan een aantal dagen echt kan lesgeven en een aantal dagen kan besteden aan het begeleiden van zorgleerlingen, want daar komt mijn ervaringsdeskundigheid om de hoek kijken. Ik hoop dat ik misschien een eigen methode heb ontwikkeld waarmee ik leerlingen de sturing geef over hun eigen leerproces en ze tegelijkertijd laat inzien wat de waarde is van goede Nederlandse taalvaardigheid. Ik behandel de spellingregels van de werkwoordvervoeging en laat ze daar een filmpje over maken of een verhaal over schrijven. Ik bespreek het onderwerp nieuwswaarde en laat ze zelf op zoek gaan naar nieuws. Ik praat met hen over Anne Frank en laat ze zelf ook een dagboek bijhouden of een verhaal schrijven over de oorlog. Ik maak ze bewust van zichzelf en de wereld om hen heen, want dat is wat ik wil doen: de taak van het onderwijs, die inhoudt dat leerlingen zich moeten leren ontwikkelen en ontplooien, uitvoeren op zo’n manier dat leerlingen trots worden op hun leerprestaties en op zichzelf. Onderwijs draait om je eigen ik, en Nederlands is een van de vakken waarin dat heel erg centraal staat.

Hoe zie jij het onderwijs van de toekomst voor je?

You may also like...

7 Comments

  1. Ik heb geen idee. In mijn vakgebied wil men heel erg vooruit, maar in de praktijk gebeurt dit dus niet en dat frustreert me mateloos.
    Emmy onlangs geplaatst…Emmy bakt voor Simon: Oreo-bonbonsMy Profile

    1. Ah dat is wel heel erg jammer, wie weet lukt het je om zelf wat dingen te veranderen!

  2. Ik vind dat er veel veranderd moet worden in het onderwijs. Helaas is het nog steeds veel gepraat, en je weet dat daden meer zeggen dan woorden. Ik ben heel benieuwd wat de toekomst ons zal brengen!
    hannah onlangs geplaatst…Proces belangrijker dan doelMy Profile

    1. Eens: er wordt vooral gepraat over veranderingen, maar ze echt doorvoeren ho maar!

  3. Leuk onderwerp om over te spuien… 🙂
    Ik denk dat we naar vijf gelijke schooldagen gaan. Elke dag van half negen tot twee uur ’s middags. De woensdagmiddag vervalt hiermee. Hierdoor krijgen leerlingen meer structuur en zijn elke schooldag iets eerder uit. Hierdoor is er meer ruimte voor sport, club, bijles en gewoon vrije tijd.

    Waarschijnlijk zal er een vak zijn wat draait om internet, waarin de basisbeginselen van IT/ICT worden geleerd, zodat een leerling na de middelbare school al gemakkelijk kan instromen in een IT-opleiding. Net zoals Engels wordt dit dus ook een basisvak. Tekenles wordt zowel ‘gewoon’ als digitaal gegeven. Ook krijgen leerlingen les in omgangsvormen om internet, echte wereld en wordt er weer meer aandacht besteedt aan fatsoensnormen. Misschien is er ook les in voeding. Gezond eten en gezond leven. Bij mij op school hadden we het vak “Bevordering gezond gedrag”, hierin leerde we alles over algemene hygiëne, pubertijd, persoonlijke verzorging. Het zou mooi zijn als dit terugkomt, zodat leerlingen ook weer gemakkelijker doorstromen naar de leerstroom verzorging. Ik denk dat er ook meer praktijklessen en snuffelstages komen. Ook lijkt het me goed om leerlingen stage te laten lopen op mytylscholen en mee te laten kijken op ziekenhuizen, zodat er onderling meer begrip en respect voor elkaar komt. Ik zie momenteel nog te vaak dat leerlingen lacherig doen over ouderen of over leeftijdgenoten met een beperking en/of ziekte, dat maakt me verdrietig. Ook lessen met betrekking tot verzekeringen en belastingen en leren omgaan met budgetten en schulden voorkomen. Meer confrontaties in en met de buitenwereld en niet alleen in de klaslokalen, want het echte leven gaat immers ook door buiten het klaslokaal.

    1. Wat een goeie punten, ik sluit me er helemaal bij aan! Lijkt me inderdaad goed om de zorgsector wat dichterbij te brengen.

  4. Ik had op school elke week het vak “Stad en maatschappij”. Iedereen in mijn familie deed er lacherig over, maar ik heb er veel van geleerd. Het was nog het gulden-tijdperk en met drie gulden moesten we een cadeau zien te vinden, of met 5 gulden een broodmaaltijd voor vier leerlingen op tafel zetten, rekeninghoudend met de schijf van vijf. Een uitdaging, maar wel leerzaam. De insteek was namelijk, stel je hebt twee kinderen en een man en het gaat slecht, moet je ook eten op tafel kunnen zetten. Ook werden we “gedropt” in een schouwburg. Los het zelf maar op… haal je kaartje, de garderobe, plaatsje in de zaal en hoe los je netjes de situatie op als iemand (ingefluisterd door de leraar uiteraard) per ongeluk op je plaats zit. Wat doe je als je bij de supermarkt staat en je hebt net 50 cent te weinig bij. Laat je iets achter, of vraag je of je naar school mag bellen.. hoe vindingrijk ben je. Ook had onze leraar allerlei mindfucks, zoals je fiets verstoppen… Wat doe je als je fiets gestolen is? Hoe kun je dit voorkomen? Kun je aan voorbijgangers advies vragen in zo’n situatie?!

    Ik heb veel aan dit vak gehad, waardoor ik in onverwachte situaties sneller wist hoe ik moest handelen. Kinderen van familie (die er lacherig over deden) durfde niet naar een schouwburg, haalde in de winkel hun schouders maar op als ze net geld te weinig handen. We noemden het vak ook wel eens “les in overleven in de keiharde maatschappij” en misschien zou dit vak geen overbodige luxe zijn op diverse scholen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

CommentLuv badge

[instagram-feed]