De een is er groot fan van, de ander heeft er een hekel aan: het meervoudig vertelperspectief. Oftewel: een boek waarin het verhaal wordt verteld door twee of meer personages in plaats van één. Sinds een aantal jaar behoor ik tot de eerste categorie: ik vind deze verteltechniek heel waardevol, mits het op de juiste manier wordt gedaan. Want het kan een ware aanwinst zijn voor het verhaal, maar ook echt afbreuk doen aan de waarde ervan.
Meervoudig perspectief: de voordelen
Ik ben een groot liefhebber van diepere lagen in een verhaal en die diepere lagen kunnen onder andere aangebracht worden door een meervoudig vertelperspectief. Als hetzelfde verhaal vanuit de visie van verscheidene personages verteld wordt, krijg je dus een veel completer beeld of juist een beeld waar je meer vraagtekens bij zet en dat zorgt ervoor dat je meer met het verhaal bezig bent, dat het echt een soort puzzel en vooral een samenspel van complexiteiten is. In het werkelijke leven is er ook nooit maar één versie van een verhaal en daarom vind ik het altijd onwijs interessant als meerdere personages op zo’n manier echt bij het verhaal worden betrokken. Vaak genoeg vraag ik me namelijk af ‘’maar hoe zou die het verhaal nou beleven?’’ en als die vraag ook daadwerkelijk beantwoord wordt, vind ik dat vrijwel automatisch een pluspunt.
En de nadelen dan?
Het grootste nadeel van het meervoudig vertelperspectief vind ik dat het ook flink mis kan gaan. Je kunt er allerlei kanten mee op: het kan gaan om slechts twee personages, maar ook om een hele groep. En daar zit ‘m het gevaar: hoe meer personages je een perspectief geeft, hoe ingewikkelder het wordt. Als lezer ben je dan voortdurend aan het switchen tussen personages en daardoor kom je a) niet goed in het verhaal en kan het b) heel verwarrend zijn omdat je niet de tijd krijgt alle personages en omstandigheden te leren kennen. Bovendien kun je dan niet goed meer onderscheid maken tussen de personages die wel en niet belangrijk zijn en wordt het een té grote puzzel, wat vooral vervelend is als het verhaal helemaal niet bedoeld is als puzzel.
Wat ik nou eigenlijk het beste vind werken? Een goede verdeling. Eerst een flink aantal hoofdstukken steeds vanuit hetzelfde perspectief, en dan zo af en toe tussendoor een hoofdstuk vanuit een ander perspectief zodat je als lezer echt de tijd krijgt om benieuwd te worden naar de visie van die andere karakters. Abigail Gibbs doet dat bijvoorbeeld met Violet en Herfstroos, Jojo Moyes doet het in vrijwel al haar boeken en Stephenie Meyer heeft het ook zo aangepakt door in Eclips onverwacht een stukje vanuit Jacob te schrijven. Ik doe het zelf ook met de historische roman die ik aan het schrijven ben: eerst een groot deel vanuit een hoofdpersoon en op zeker moment wordt een nieuw personage geïntroduceerd dat ik een stuk verder het perspectief geef. Hoe dan ook moeten lezers de kans krijgen om álle personages die het perspectief krijgen, te leren kennen: gebeurt dat niet, dan zal er altijd afstand blijven bestaan en dat wil je niet. Want het meervoudig perspectief kan juist ook voor een hele intense leeservaring zorgen door verschillende scènes steeds opnieuw te beschrijven, maar dan vanuit een ander point of view: Rainbow Rowell is hier magnifiek in geslaagd met Eleanor en Park en er zijn vast nog andere voorbeelden.
Als het goed in elkaar zit, de personages levendig zijn en je echt een band met ze kunt opbouwen, kan het meervoudig vertelperspectief zorgen voor een hele mooie diepere laag in het verhaal, voor precies de toevoegende waarde die je als lezer graag ziet. Maar ik snap ook heel goed waarom mensen dit juist liever niet lezen: het kan heel verwarrend zijn en ook juist zorgen voor afstand.
Lees jij graag boeken met een meervoudig vertelperspectief?
Ik ben er zelf een groot fan van, maar dan moet het inderdaad niet te verwarrend zijn. In de meeste boeken vind ik het een goede toevoeging, zoals bij Waar het licht is. Soms vind ik het ook te verwarrend, zoals bij een Goede Raad van J.K. Rowling. Dat waren echt te veel perspectieven!
Ik ben hier persoonlijk geen enorme fan van, juist omdat ik het vaak erg verwarrend vind of dat de verschillende ‘stemmen’ te veel op elkaar lijken. Ik vind het bijvoorbeeld wel heel sterk in de Throne of Glass serie waar je soms bv. Manons perspectief leest, ook omdat dit zich op een andere plek afspeelt en je dus meer informatie hebt dan de hoofdpersoon. Ik vind het vooral belangrijk dat de perspectieven goed van elkaar te onderscheiden zijn 🙂
Ik kan me zeker voorstellen dat het verwarrend kan zijn, maar als het goed is uitgevoerd kan het zeker waardevol zijn inderdaad 🙂
A fan speaking! 🙂 Mits het goed is uitgevoerd natuurlijk. ALs je op een gegeven moment niet meer doorhebt over welk personage je nu ook alweer aan het lezen bent, dan zit er iets goed fout (en helaas bestaan de boeken ook).
Mijn voorkeur gaat naar één perspectief, tenzij het echt iets toevoegt aan het verhaal. Ik vind dat Jojo Moyes dit inderdaad heel goed doet, en in Waar het licht is vond ik het ook zeker een toevoeging.
Moyes doet het inderdaad zeker goed!
Voor mij is het afhankelijk van boek tot boek. De ene keer vind ik het een pluspunt, de andere keer wordt het al snel te druk en chaotisch. Zeker wanneer ze halverwege een hoofdstuk enkele keren van perspectief wisselen zonder dit echt aan te geven.
Daar kan ik me zeker in vinden: het verschilt per boek heel erg.