De laatste jaren heb ik een flinke groei doorgemaakt wat schrijven betreft: van fanfictie-achtige verhalen naar veel te ambitieuze historische epiek naar romans in het feelgoodgenre die romantisch en inspirerend zijn (want de wereld heeft veel meer inspirerende liefdesverhalen nodig). Van schrijven als uitlaatklep en escapisme naar schrijven als serieuze passie en manier om mijn ei kwijt te kunnen en mooie verhalen te vertellen. Van persoonlijke interesses en ervaringen naar schrijven buiten mijn comfortzone en buiten mijn eigen leefwereld. Sinds ik mijn nieuwe romanidee serieus heb opgepakt, ben ik ook echt sérieus aan het schrijven geslagen. Of eigenlijk nog niet eens aan het schrijven, maar vooral aan het uitwerken. Want dat romanprep ontzettend belangrijk én leuk is om te doen, dat het voor zoveel motivatie en inspiratie kan zorgen en dat het een vliegende start van het schrijfproces kan zijn, wist ik niet maar heb ik nu wel ontdekt.
Eerst uitwerken
Ik denk dat de roman waar ik nu aan werk na mijn overambitieuze, half afgemaakte historische roman en de enorm persoonlijke, heartfelt feelgoodroman het meest serieuze schrijfproject is. Dat is ook de reden dat het een tijdje heeft geduurd voor ik er echt mee aan de slag ging: het voelde minder persoonlijk, maar complexer, serieuzer. Het voelt als een project waar ik echt ten volle voor wil gaan, omdat ik met heel mijn hart voel dat ik dit verhaal wil vertellen. Maar het is ook een groot en enorm dynamisch verhaal en het vormt een behoorlijke uitdaging, die ik maar al te graag aanpak maar waar wel wat voorbereiding mee gemoeid is.
Eigen maken
En juist daarom is het uitwerken zo belangrijk en zo fijn: het krijgt op die manier meer vorm en ik kan het me echt eigen maken. Het helpt me om voor me te zien hoe het moet gaan worden en hoe ik te werk moet gaan als ik ga schrijven. Ik zie dankzij het uitwerken hoe mijn verhaal tot leven komt en hoe diepgaand en bijzonder het eigenlijk is en wat de betekenis en waarde ervan is, en daardoor raak ik des te zekerder van mijn zaak als schrijver. Het is als een puzzel: dankzij het uitwerken schep je orde in de stukjes en bij het schrijven ga je de stukjes in elkaar passen. Sommige auteurs beginnen het liefst meteen te puzzelen, maar ik hou ervan om eerst orde in de chaos aan te brengen én even goed naar het grote plaatje te kijken.
Hoe ga je te werk?
Omdat het voelt alsof ik op een hele nieuwe ontdekkingsreis en een nieuw avontuur ben wat het schrijven betreft, vind ik het heel leuk om mijn inzichten en inspiratie met jullie te delen. Romanprep is iets wat bij je moet passen en er is niemand die zegt dat het verkeerd is om gewoon meteen te beginnen met schrijven, maar als je ervan houdt om planningen en stappenplannen en schema’s te gebruiken bij je dagelijkse taken, dan past een beetje romanprep waarschijnlijk ook bij je schrijfproces. Hieronder volgen tien key elements van mijn eigen prepfase.
♥ Schrijfplan
In je algemene schrijfplan neem je eigenlijk de voorbereiding op voor je verhaal. De titel plus uitleg daarbij, een globale samenvatting, wat informatie over het doel van je verhaal en de doelgroep, de thema’s, compositie en structuur van de plot… ik hou er zelf van om onderstaande onderdelen los te zien van het schrijfplan, maar je kunt ze er ook in opnemen als je dat wilt. Het schrijfplan is eigenlijk een soort verzameling van de belangrijkste inhoudselementen.
♥ Plot en scèneschema
Heel belangrijk, natuurlijk! Hoe je dit uitwerkt, is aan jou: je kunt met post-its of Evernote werken, het uitschrijven in een notitieboekje of, zoals ik, een tabel gebruiken. Mijn plotschema is een verzameling scène-beschrijvingen in chronologische volgorde, met notities erbij over de bijbehorende soundtracknummers, het perspectief, de ontwikkelingen die de personages in de scène doormaken, eventuele flashbacks en de rode draad die moet terugkomen. Dit kan ik heel makkelijk erbij houden als ik echt ga schrijven. Let wel: je kunt er altijd van afwijken en je personages hun eigen pad laten gaan. Het dient echt als leidraad.
♥ Personages en relaties
Personages uitwerken is een beetje een rotklusje, maar dat hoeft het niet te zijn. Je kunt het op allerlei manieren doen: je kunt je karakters interviewen, vragenlijsten invullen, een scène schrijven waarin duidelijk wordt wie ze zijn of een kort stukje tekst schrijven, als een soort bio op een blog, over hoe ze in elkaar zitten. Dit kun je doen voor alle personages die maar enigszins belangrijk zijn in het verhaal: als steuntje voor jezelf, maar ook om ze echt tot leven te kunnen wekken. Ook de onderlinge relaties en rollen in het verhaal zijn belangrijk om te beschrijven, zeker als de dynamiek belangrijk is (zoals in mijn roman). Wat voor band heeft personage A met de anderen en waar komt dat door?
♥ Conflicten en queesten
Een goed verhaal heeft lots of conflicts: lezers smullen van conflicten en die moeten er ook zijn, anders kunnen er geen ontwikkelingen zijn. Het staat daarom gelijk aan queesten: elk personage maakt iets door, is ergens naar op zoek, worstelt met bepaalde zaken, heeft wensen en missies. Die conflicten en queesten hebben ook weer invloed op de andere personages en op de loop van het verhaal, en het is belangrijk om dit goed in kaart te brengen en een goeie structuur aan te brengen.
♥ Tijdlijn
Over een tijdlijn denk je niet altijd na, maar het maakt het verhaal wel realistischer als je dat wel doet: wanneer speelt het zich precies af, welke data zijn belangrijk en hoeveel tijd zit er tussen begin en eind? Zijn er flashbacks, tijdsprongen, vogelvluchtscènes? Hoe meer je koppelt aan concrete tijd, hoe geloofwaardiger het wordt.
♥ Plotgaten en verhaallagen
Als je je plotschema zo’n beetje compleet hebt (al is een plot nooit echt af en kan er altijd meer bij, daar is de schrapfase voor) is het belangrijk dat je gaat kijken of het allemaal een beetje klopt en goed loopt. Ik vind dat zelf heel leuk, omdat je dan plotholes/plotgaten kunt opsporen en jezelf belangrijke vragen kunt stellen over grote en kleine details – vragen die je lezers ook zullen stellen en die je zo kunt onderscheppen. Bovendien krijg je dan ook inzicht in de verschillende verhaallagen: wat gebeurt er eigenlijk allemaal, wat speelt er allemaal in het verhaal? Heel belangrijk is om te zorgen dat bepaalde lagen niet onder- of overschreeuwd worden.
♥ Plotstructuur
Plotstructuur is een term die belangrijk is om over na te denken: hoe is je verhaal opgebouwd, wat gebeurt er in het begin en in het midden en welke climax volgt op het einde? Je kunt hiervoor de rollercoasterstructuur bijvoorbeeld gebruiken: het eerste stuk van een achtbaan is vaak traag. Je krijgt de tijd om de omgeving in je op te nemen en in een boek om de personages te leren kennen en te snuffelen aan de plot. Het middenstuk zit vol actie en ontwikkelingen, dat is het echte verhaal en het punt dat de achtbaan bochten en loopings neemt. Op het eind is er een climax die eng is (je gaat over de kop) en dan moet het allemaal geleidelijk aan weer goed komen.
♥ Worldbuilding
Dit is een woord dat vooral geassocieerd wordt met fantasy, maar dat hoeft helemaal niet. Worldbuilding betekent gewoon: de wereld van je personages en je verhaal. Welke plekken komen vaak voorbij en waarom juist die plekken? Wat vinden je personages van die plekken (dit bepaalt namelijk ook wat je lezers ervan vinden) en hoe zien ze eruit, wat gebeurt daar? Ook hier geldt: het is overzichtelijk voor jou, handig om op terug te vallen, maar het maakt je verhaal ook meer gelaagd.
♥ Soundtrack
Of je een soundtrack gebruikt bij je verhaal, is iets heel persoonlijks: ik vind het wel fijn om te doen, omdat liedjes me kunnen inspireren bij bepaalde scènes én het geheel vaak net wat filmischer maken, en ik hou van filmisch. Als je dit wilt, ga dan op zoek naar liedjes die bij personages, plekken, ontwikkelingen en specifieke scènes passen en beschrijf kort op welk moment in het verhaal een nummer ‘’voorbij moet komen’’ en welk gevoel het bij jou oproept in relatie tot het verhaal.
♥ Format
Dit kun je ook opnemen in je algemene schrijfplan, maar als je denkt aan een uitgebreid format is het goed om het apart vast te leggen. Hiermee bedoel ik: hoe moet de body van je verhaal eruit gaan zien? Ga je illustraties of onderbrekingen gebruiken, zoals quotes? Ga je de hoofdstukken nummeren of titelen? Hoeveel woorden wil je per hoofdstuk schrijven, en hoeveel in totaal? Moet er een motto komen, een opdracht, een vóór- of náwoord? Een proloog en epiloog? Hoeveel hoofdstukken? Wie ga je noemen in het dankwoord? Ga je de soundtrack opnemen in het boek? Bedenk dat veel hiervan ook vanzelf moet komen en dat je dit niet altijd kunt plannen.
Werk jij verhalen graag uit voordat je begint met schrijven?
Ik schrijf af en toe wel eens een fictie-verhaal (ben momenteel met 1tje bezig die binnenkort op mijn blog verschijnt), maar eerlijk waar.. ik schrijf die dingen niet uit. Ik heb zo al een klein idee in mijn hoofd hoe het verhaal zal lopen, maar toch wanneer ik begin te schrijven gaat het toch nog een totaal andere kant uit. Dat vind ik ergens wel leuk.. Maar ik denk niet dat ik op deze manier een gans boek zal kunnen schrijven en eerder jouw tips zal toepassen (mocht het er ooit van komen dat ik een boek schrijf, haha)
Evelyne onlangs geplaatst…Mijn 365daysofphotography-project | week#42
Haha, ik vind het ook juist heel fijn als het verhaal een andere kant op gaat hoor, dat levert ook verrassende wendingen op! En soms werkt het prima om gewoon te beginnen, dat doe ik met andere projecten vaak genoeg 🙂 maar met lange verhalen/boeken wil ik het wel echt uitwerken om orde te scheppen in de chaos van ideeën.
Heel handig, dit lijstje. Ik ben zelf helaas echt een ontzettende pantser, ik weet pas welk verhaal ik schrijf wanneer ik aan het schrijven ben.
Ik wil het nu anders doen met nanowrimo, maar dat blijkt nogal een opgave te zijn haha.
EmilyLotus onlangs geplaatst…Even babbelen: dromen, nieuw insta-account & naar de uroloog
Haha, het is maar net wat voor je werkt! Soms is het even een beetje puzzelen en uitproberen 🙂 en je hoeft het ook niet zo super uitgebreid uit te werken, wat minimaler is natuurlijk ook prima.