De eindexamens zijn in volle gang en vandaag staat het laatste examen Nederlands op de planning, voor de vmbo-leerlingen om precies te zijn. En o mán, wat een discussies over de variant voor havo en vwo ben ik de afgelopen week tegengekomen op sociale media en op nieuws- en opiniesites! Ik heb zelf het examen nog niet gemaakt, maar heel eerlijk gezegd durf ik dat ook niet meer met alle kritiek die erover geuit wordt. Nu moet ik eerlijk zeggen dat ik ook nooit zo heb nagedacht over hoe goed dan wel slecht dat examen Nederlands eigenlijk is: zowel op het vmbo als de havo maakte ik het gewoon zonder bijgedachten. ‘’Dit is gewoon het examen, punt.’’ Maar pas nu, met alle ophef, realiseer ik me dat ik als docent Nederlands wel degelijk een mening kan hebben over dat examen. Misschien zou dat zelfs wel moeten. Want met een paar van die felle kritiekpunten ben ik het eigenlijk wel heel erg eens.
Het doel van het schoolvak Nederlands
Een kwestie die ook al geruime tijd speelt, is of het niet eens tijd is dat het vak Nederlands op de schop gaat, want het zou volgens veel leerlingen te saai en ouderwets zijn geworden. Dat dat niet per se zo is, blijkt wel uit dit artikel van De Correspondent, waarin gesteld wordt dat Nederlands niet per se het favoriete vak is van de meeste scholieren, maar ook zeker niet het mínst favoriete. En dat brengt me bij een heel discutabele vraag: waar moet het vak Nederlands eigenlijk om draaien? Ik denk dat we allang het punt voorbij zijn waarop we vinden dat niet alles leuk hoeft te zijn, want het is gewoon bewezen dat leerlingen beter leren als ze enige affiniteit hebben met dat waarmee ze bezig zijn – in klare taal: als ze het leuk vinden.
Leuk
Maar wat vinden ze leuk aan Nederlands? Daar is niet echt een antwoord op te vinden, maar ik denk dat we het met wat creativiteit wel kunnen raden. Het spelen met taal misschien? Taalpuzzels, synoniemen, homoniemen, herkomstvormen, dubbelzinnigheden, drogredenen, eigenlijk alles waarover je lekker kunt discussiëren. Daarnaast is het ook niet compleet onlogisch dat leerlingen het naar hun zin hebben als we ze mooie boeken laten ontdekken en zelf hun hersenspinsels laten opschrijven, want dat komt de expressie en persoonlijkheidsvorming (mooi scrabble-woord) ten goede. En het is ook niet ondenkbaar dat leerlingen gesprekslessen – die vaak voor hilariteit kunnen zorgen – best wel leuk kunnen vinden. Toch? En laat dat nou net de dingen zijn waar docenten graag de focus op leggen. Taalplezier en –bewustzijn, taalexpressie en simpelweg taalvaardigheid, het direct uit de voeten kunnen met het Nederlands.
Het doel van het eindexamen Nederlands
Maar helaas is het niet alleen maar feest, dat vak Nederlands. Want uit de voeten kunnen met taal betekent niet alleen maar dat je het kunt gebruiken voor je plezier en erover kunt nadenken als je dat leuk vindt: met alleen etymologieën uitpluizen en cryptogrammen maken in de les red je het niet. We vinden het belangrijk – en dat is heel redelijk – dat leerlingen zich als een vis in het water voelen met, ik zeg maar even iets geks, teksten. Er moet zo ongelofelijk veel gelezen worden in dit leven en dat moet gewoon goed gaan: of het nou de krant is – want je wilt een beetje op de hoogte zijn, een beetje wereldwijs worden – een studieboek – want je wilt toch ook nog iets leren – of een formele brief – want je moet wel met de autoriteiten kunnen dealen en zo. Dat zijn nog maar enkele voorbeelden, maar het is gewoon heel belangrijk dat leerlingen teksten kunnen begrijpen en daar ook echt iets mee kunnen.
Schrijven
Toch zijn we er dan nog steeds niet: we vinden het ook belangrijk dat leerlingen die teksten zelf kunnen schrijven, want of je nou aan de universiteit gaat studeren en te maken krijgt met papers en onderzoeksverslagen of dat je een kantoorbaan hebt, je zult moeten schrijven. Brieven, rapporten, formulieren, artikelen, noem het maar op. Je zult moeten schrijven en dan moet je gewoon weten hoe een goede tekst in elkaar zit, hoe je je gedachten op papier krijgt en hoe je ervoor zorgt dat jouw boodschap overkomt. Dat is gewoon belangrijk. Net zoals het belangrijk is dat je tijdens het schrijven weet hoe je moet formuleren, argumenteren en spellen. Want, en dat is nog zo’n waarheid waar je niet omheen kunt: je wordt er gewoon op afgerekend als je niet weet hoe het zit met de d’s en t’s en de samenstellingen en de interpunctieregels.
Wat is er dan nu mis met het eindexamen?
Eigenlijk klinkt het bovenstaande allemaal hartstikke logisch, toch? Helaas is het eindexamen niet zoals we het graag zouden willen zien. In een notendop willen we dus dat het eindexamen toetst of leerlingen naar behoren kunnen lezen en schrijven om de maatschappij in te gaan. Helaas ligt de focus te veel op het lezen, en dan vooral op de stukjes leesvaardigheid waar je hoogstwaarschijnlijk niets mee gaat doen. Diepgaande vragen over verbanden en functies van kaalgeplukte zinnen en tekstgedeeltes die helemaal niet kaalgeplukt horen te worden, bijvoorbeeld. Ik bedoel, laten we even eerlijk zijn. Als we een tekst lezen, willen we eigenlijk gewoon het belangrijkste eruit kunnen filteren, toch? We maken ons niet druk om wat alinea’s met elkaar te maken hebben of welke zinnen dubbelzinnig kunnen zijn. In principe doen we dat niet.
Hoe zou het dan wel moeten?
Hoe test je of leerlingen een tekst goed kunnen lezen en begrijpen? Daar is eigenlijk maar één echt antwoord op als je het mij vraagt: laat ze een tekst samenvatten. In het echte leven schrijf je bijna nooit samenvattingen om het samenvatten zelf, maar je doet dit bijna dagelijks als je een tekst leest waarvan je de hoofdlijnen moet zien te onthouden. Laat leerlingen per alinea het belangrijkste opschrijven en hop, je weet of ze het snappen. Niet belangrijk betekent namelijk dat het niet in de samenvatting hoeft. Bovendien kun je dit in de examenvoorbereiding zodanig aanleren dat ze er ook echt iets aan hebben, met leesstrategieën bijvoorbeeld. Zorg daarnaast voor een schrijfopdracht passend bij het niveau – een brief, een artikel – waarin ook formulering, grammatica en spelling getoetst worden en misschien nog voor een derde opdracht waarin het argumenteren centraal staat, want ook dat is zó belangrijk voor later. Je moet gewon je eigen mening kunnen vormen en verdedigen om een beetje sterk in je schoenen te kunnen staan. Het mooiste zou zijn als dat argumenteren in de schrijfopdracht zou kunnen zitten.
O, en dan nog één ding. Laten we alsjeblieft stoppen met het aftrekken van punten bij spel- en taalfouten in antwoorden op de gewone (lees)vragen. Want ik vind het zo erg als een goed antwoord niet telt omdat de spelling niet deugt. Nog een keer, even eerlijk: we gaan in onze toekomst geen vragen meer beantwoorden bij teksten, toch? Dus laten we ons daar dan niet druk om maken, maar liever zorgen dat het eindexamen gaat toetsen wat we echt van onze leerlingen verwachten en waarvan we weten dat het in ze zit: tekstbegrip en taalbewustzijn.
Wat vind jij van het examen Nederlands?
Ik vond het ook best raar en jammer dat je bij Nederlands alleen maar teksten kreeg om te verklaren. Dat was mijn minst sterke kant van het vak. Terwijl ik bv. in spelling en ontleden van zinnen heel goed was. Maar daar werd je niet of nauwelijks op getest bij het examen. Dat vond ik eigenlijk best stom.
Kimberley onlangs geplaatst…Geniet van elkaar
Ja inderdaad! Het is natuurlijk altijd maar net waar je goed in bent, maar grammatica en spelling zijn ook gewoon heel belangrijk.
Dat lijkt mij een goed idee om schrijfvaardigheid bij het examen te toetsen. Dan scoor ik automatisch al hoger. Maar goed mijn resultaat ligt met een n norm van 1 op een 6,4. Mij hoor je niet klagen.
Jaike onlangs geplaatst…Ik ben nummer vier
Helaas was (ben, de examens zijn nog eventjes bezig) ik dus ook een van die leerlingen die dit jaar het VWO-examen Nederlands moest afleggen. En het was inderdaad geen pretje 🙁 Zes jaar lang verdiept in de Nederlandse taal en cultuur, niets van gemerkt tijdens het examen… Gelukkig stond ik wel een 8, maar dat vasthouden heb ik maar weer uit m’n hoofd gezet: dat ene examen beslist immers de helft van je cijfer, hoe bedoel je momentopname?
Dat klinkt wel echt heel erg balen inderdaad!