Toen de tweeling nog klein was en Michela weer eens wat uithaalde, zoals met haar loopstoeltje van de trap af racen of een doperwt in haar neus stoppen, zodat je dan weer met haar naar de eerste hulp moest om hem er met een speciaal pincet uit te laten halen, keek hun vader altijd naar Mattia, de eerste die het licht zag, en zei dat mama een te kleine baarmoeder had voor hen allebei. ‘Joost mag weten wat jullie daar in die buik hebben uitgespookt,’ zei hij altijd. ‘Misschien heb je je zusje wel ernstige schade toegebracht met je getrappel.’
De Italiaanse Alice en Mattia zijn allebei zeven jaar wanneer hun leven op slag verandert, maar ze leren elkaar pas een kleine tien jaar later kennen. Alice krijgt tijdens een verplichte skiles waar ze zo’n hekel aan heeft een ongeluk dat haar motorische vaardigheden voor de rest van haar leven ernstig beïnvloedt. Mattia heeft altijd rekening moeten houden met zijn verstandelijk gehandicapte tweelingzusje Michela, Wanneer hij als tienjarige wordt uitgenodigd op een verjaardagsfeestje, moet Michela met hem mee en daar heeft hij absoluut geen zin in. Zichzelf sussend laat hij haar achter op een bankje in het park en na afloop van het feest wil hij haar ophalen – maar dan is ze weg, en dat tekent zijn geest én lichaam voor de rest van zijn leven. Tot hij Alice ontmoet: allebei zijn ze beschadigd, anders, hebben ze alleen maar behoefte aan wat begrip. Dat dit niet zo vanzelfsprekend is, ontdekken ze al snel.
Ik had dit boek al een aardige tijd op mijn iPad staan, maar om de één of andere reden schrok het me steeds af om het te gaan lezen. Misschien door de cryptische titel of de weinig zeggende naam van de schrijver, ik weet het niet – het trok me gewoon niet zo. Toch besloot ik onlangs gewoon te beginnen en dan maar te zien waar het me zou brengen – en daar heb ik geen spijt van gehad. Dit boek is heel veel tegelijk: het verhaal is ontzettend mooi en best wel origineel, maar ook behoorlijk zwaar (op het deprimerende af) en niet erg vrolijk. Maar het is ontzettend mooi geschreven, de personages zijn heel mooi uitgewerkt en het verhaal heeft een sterke, heel diepgaande emotionele lading die ook een morele boodschap verstrekt.
Ik begin bij het verhaal: ik heb nog nooit eerder zoiets gelezen. Twee jongeren, Alice en Mattia, ontzettend verschillend qua karakter maar gebonden doordat ze allebei iets verschrikkelijks hebben meegemaakt als kind, iets waardoor de wereld hen altijd op een bepaalde manier ziet. Net als bij Liesbeth List en Ramses Shaffy, die beiden in de steek gelaten waren door hun moeder, schept dit een enorme band. Het boek volgt hun afzonderlijke levens vanaf dat cruciale moment in hun kindertijd tot ze elkaar ontmoeten en daarna tot hun wegen zich voorgoed scheiden. Misschien was Giordano wel depressief toen hij dit schreef, dat zou namelijk de grote zwartgalligheid en het negatieve sfeertje van het verhaal verklaren, maar tegelijkertijd is dit ook wat het zo sterk maakt. Het is anders, er zit een scherp randje aan. Vergelijkbaar met Een weeffout in onze sterren gaat het over twee met elkaar verbonden mensen die elk op hun manier hun plaats in de wereld zoeken en hun stempel op het leven willen drukken.
Het boek is prachtig geschreven, met veel afwisselend lange en korte hoofdstukken en interessante plotwendingen die de loop van het verhaal onvoorspelbaar houden. De schrijver is niet bang geweest om hier en daar tot de rand te gaan, waardoor het op veel momenten behoorlijk choquerend, heftig en spannend is – soms een beetje té, naar mijn mening, het had hier en daar wel iets smaakvoller gekund. Ook is het erg jammer dat bepaalde gedeelten van het verhaal, vooral wat er tussen die cruciale momenten gebeurde, geen aandacht krijgen waardoor ik wel met vragen bleef zitten. Dit kan misschien ook juist de bedoeling van de schrijver zijn geweest: het gaat niet om die antwoorden, maar om wat de gebeurtenissen veroorzaakt hebben. Ik had graag wat meer van bepaalde personages willen zien: nu lag het namelijk qua perspectief vrij kleinschalig alleen bij Mattia en Alice, terwijl er ook veel andere figuren in het verhaal zitten die ik eigenlijk niet heb leren kennen. Dat doet echter niets af aan het feit dat het een heel bijzonder en heel mooi boek is, waar je nog lang over na kunt blijven denken.
Titel: De eenzaamheid van de priemgetallen (La solitudine dei nummeri primi)
Auteur: Paolo Giordano
Genre: roman
Uitgeverij: Cargo
Jaar: 2010
Aantal pagina’s: 318
Kopen: Hier!
Dit boek heb ik ook al eens gelezen. Ik vond het een prima boek, maar heb er eigenlijk weinig van onthouden.